Hoewel het eigenlijk altijd bestaan heeft, kende het zogenaamde ‘collectible design’ de afgelopen jaren een sterke opmars. Naar aanleiding van de vijfde editie van de beurs Collectible maken we met curator Liv Vaisberg (Collectible), galeristen Christophe Urbain (Atelier Ecru Gallery) en Amaryllis Jacobs (Maniera) en ontwerpers Maarten De Ceulaer en Nel Verbeke (Brut) de balans op. 

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe artikels in dit magazine? Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Collectable design. Functional art. Design art. Utilitarian art. Crafted design.

In de loop der jaren zijn er verschillende termen in omloop geraakt die de lading van deze specifieke niche – waarbij individuele ontwerpers unieke of gelimiteerde meubels en objecten artisanaal vervaardigen – dekken. Al vinden niet alle spelers alle termen even relevant. In de jaren 2000 – toen de niche net begon door te breken met onder meer de eerste editie van de beurs Design Miami/Basel in 2006 – werd er meer over design art gesproken, nu zijn vooral collectible design en functional art in voege. “Met onze galerie Maniera hechten we sinds het begin in 2014 veel belang aan functionaliteit. We willen dat onze meubels echt gebruikt worden, en dat ze niet in een depot belanden. De focus op functionaliteit zorgt er ook voor dat we onze stukken kunnen reproduceren, want we werken nooit met unieke stukken. In die zin past design art helemaal niet bij wat we doen. Wel zitten er achter de objecten steeds duidelijke concepten. Dat kan een radicaal vormelijk of tectonisch concept zijn of een cultureel, inhoudelijk concept”, vertelt Amaryllis Jacobs van Maniera. “We houden zelf vooral van meubels met een verhaal, een narratief. En van rijke eenvoud of sobere luxe – volgens ons geen contradicties. Vaak noemen mensen onze collectie erg Belgisch. Heel direct en no-nonsense, met een vleugje humor of poëzie, maar zeker niet blingbling of flinstone-achtig.”

SQ Central, Piovenefabi - Maniera © Jeroen Verrecht

SQ Central, Piovenefabi - Maniera © Jeroen Verrecht

Low pillow chair, Lukas Gschwandtner - Maniera © Jeroen Verrecht

Low pillow chair, Lukas Gschwandtner - Maniera © Jeroen Verrecht

Aan de andere kant van het spectrum vinden we binnen deze niche stukken waarbij de functie naar de achtergrond verdwenen is. “Net als schilderkunst of performance is design dan in eerste instantie een medium om zichzelf uit te drukken. Sommige stukken, zoals bijvoorbeeld de bronzen stoel van Niclas Wolf die we nu in onze Antwerpse show in de Oude Beurs presenteren, zijn meer sculpturale objecten dan puur functionele meubels. Mensen zullen wellicht minder geneigd zijn om zo’n stuk te gebruiken”, vertelt Christophe Urbain van het Atelier Ecru Gallery. 

“De gebruiker blijft telkens de protagonist, maar als ontwerper nemen we veel meer vrijheid voor de invulling van de functionaliteit. Het gaat er in eerste instantie om dat je als ontwerper een eigen artistieke beeldtaal ontwikkeld. In die zin vind ik de term collectible design minder geschikt, omdat die het einddoel centraal stelt, en minder de maker of het proces”, vertelt Nel Verbeke van designcollectief Brut. “Zelf beschouwen we deze niche vooral als een artistieke vrijplaats die ons enorm veel zinvolle uitdrukkingsmogelijkheden biedt. Elke ontwerper kan de discipline vanuit zijn of haar specifieke gevoeligheid – zij het concept, materie, onderzoek of sculpturale, beeldende of architecturale kwaliteit – invullen”, vertelt Nel. 

"Het is belangrijk om een sterke vertrouwensband op te bouwen met je ontwerpers, en ook resultaat te boeken voor hen, onder meer qua verkoop of communicatie."

Amaryllis Jacobs,

Maniera

Spanningsvelden

Hoewel de discipline best al een tijdje bestaat, is er nog heel wat werk aan de winkel om het grote publiek beter in te lichten over haar potentieel. “Op beurzen als Design Miami moet je als hedendaagse galerij opboksen tegen de magnifieke historische stukken van onder meer Charlotte Perriand of Jean Prouvé. Klanten ervan overtuigen dat jouw hedendaags stuk ook een goede investering is, is dan niet altijd zo eenvoudig. Tegelijk trekt de beurs daardoor wel een bemiddeld en geïnteresseerd publiek aan, waardoor het wel een interessante plek is”, vertelt galeriste Jacobs. “Die historische stukken zijn nooit bedoeld om aan torenhoge prijzen verkocht te worden. Hun oorsprong ligt meestal net in een streven naar een democratisering van design. Wellicht is het voor de hedendaagse stukken dus vooral een kwestie van tijd. Die zal bepalen welke de klassiekers worden, en welke niet”, vult ontwerper Maarten De Ceulaer aan.

Exsitu, Niclas Wolf - Atelier Ecru Gallery

Exsitu, Niclas Wolf - Atelier Ecru Gallery

Wall cabinet with stone, Pierre De Valck - Atelier Ecru Gallery

Wall cabinet with stone, Pierre De Valck - Atelier Ecru Gallery

“Daarnaast gaan mensen er onbewust nog steeds vanuit dat design minder waard is dan kunst. Terwijl er in de productie van een designstuk vaak véél meer tijd én materiaalkosten kruipen, waardoor je sowieso al aan een bepaald prijskaartje zit”, vertelt Christophe Urbain. “Bovendien kan je als koper de carrière van een ontwerper écht een boost geven, terwijl je impact in de gestatureerde kunstmarkt veel minder groot is.”

Anders dan andere beurzen koos Collectible er doelbewust voor om enkel op hedendaags design in te zetten. “We willen hedendaags design als hoofddiscipline naar voren schuiven, en niet als een aanhangsel van hedendaagse kunst. Zo willen we het belang van de discipline onderstrepen. Zowel Clélie (Clélie Debehault, waarmee Liv de beurs Collectible oprichtte, red.) als ikzelf komen uit de kunstwereld. Als we op bezoek waren bij sommige kunstverzamelaars, vonden we het een gemiste kans dat ze enkel meubels van grote merken in huis hebben, terwijl hun kunstcollectie ontzettend goed is. Vaak beschouwen ze design als iets oppervlakkig zonder inhoud. Dat dat beeld niet klopt, bewijzen een ontwerper zoals Anna Aagaard Jensen die rond gender werkt. Onder meer daarom hebben we de beurs ook Collectible genoemd. Ook binnen de designwereld zijn er boeiende unieke en gelimiteerde stukken te koop die het verzamelen waard zijn”, vertelt Liv Vaisberg van Collectible. 

"Mensen gaan er onbewust nog steeds vanuit dat design minder waard is dan kunst. Terwijl er in de productie van een designstuk vaak véél meer tijd én materiaalkosten kruipen."

Christophe Urbain,

Atelier Ecru Gallery

Typisch aan Collectible is dat zowel galerijen als ontwerpers er hun collecties kunnen voorstellen. Dat de galerijen daardoor niet altijd even happig zijn om aan de beurs deel te nemen, geeft het spanningsveld tussen galerist en ontwerper aan. Terwijl een galerij in de kunstwereld garant staat voor een bepaald kwaliteitslabel, hecht het publiek in de designwereld iets minder belang aan deze rol. Zeker jongere klanten zien er geen graten in om de ontwerpers zelf te contacteren. “Tien jaar geleden waren de galerijen almachtig. Zij zetten de krijtlijnen uit. Dat is nu veranderd. De laatste jaren verkoop ik bepaalde collecties ook rechtstreeks vanuit mijn studio. Enerzijds vind ik dat aangenaam, omdat de stukken zo toegankelijker worden en ik nu beter weet wie mijn klanten zijn. Anderzijds komt er een heel takenpakket bij, en wringt het wel als ik weer een hele dag achter de computer heb doorgebracht in plaats van in mijn atelier”, vertelt De Ceulaer.

Stained glass table light, Maarten De Ceulaer © Jeroen Verrecht

Stained glass table light, Maarten De Ceulaer © Jeroen Verrecht

Mutation Mirror, Maarten De Ceulaer

Mutation Mirror, Maarten De Ceulaer © Jeroen Verrecht

“Mensen denken vaak dat het een droomjob is om galerist te zijn, maar we staan eigenlijk voortdurend enorm onder druk. Het is belangrijk om een sterke vertrouwensband op te bouwen met je ontwerpers, en ook resultaat te boeken voor hen, onder meer qua verkoop of communicatie. Doordat wij onze ontwerpers telkens een opdracht geven en ze telkens specifiek voor ons stukken creëren, is het makkelijker om onze stem in het verhaal te blijven hebben”, vertelt Jacobs. 

“Doordat we zowel ontwerpers als galerijen toelaten op de beurs, ontstaan er veel nieuwe samenwerkingen. Zo vinden jonge ontwerpers uit de ‘curated sections’ vaak een plek bij een van de deelnemende galerijen. In die zin is Collectible ook een plek voor ontmoeting”, vertelt Vaisberg. 

"We willen hedendaags design als hoofddiscipline naar voren schuiven, en niet als een aanhangsel van hedendaagse kunst. Zo willen we het belang van de discipline onderstrepen."

Liv Vaesberg,

Collectible

Wie koopt dat?

Dat alle interieurs wereldwijd door de globalisering en sociale media meer en meer op elkaar zijn gaan lijken, speelt in het voordeel van deze niche. “Klanten zijn op zoek naar een origineel interieur, als een samenspel van zaken die hen persoonlijk aanspreken. In die zin vind ik de term ‘collectible design’ op zijn plaats. Elk interieur is in feite een collectie. Al zijn er ook hier gradaties: meer unieke statement stukken zoals de bank Brick Study II van Studio Mumbai of het World Mask-tapijt van Christoph Hefti zitten intussen zelfs in museumcollecties”, vertelt Jacobs. “Anders dan bij industrieel design voel je in collectible design de hand van de maker, waardoor het menselijker en echter overkomt”, vertelt Urbain. “Dat musea het belangrijk vinden om stukken collectible design te kopen, duidt op het belang van deze niche binnen de huidige tijdsgeest”, vult Nel Verbeke aan. 

Brut © Giorgos Fakianakis

Brut © Giorgos Fakianakis

Dat vooral jongere mensen hun weg naar collectible design vinden, daar lijkt iedereen het over eens. “Mensen investeren vandaag, en zeker sinds de coronacrisis, veel meer in hun interieur. Zo heb je bijvoorbeeld jonge mensen die echt sparen voor één bijzonder stuk, of net een heel interieur op maat laten ontwerpen”, vertelt Verbeke. “Tegelijk kopen jonge mensen veel eclectischer. Terwijl de vorige generaties vaak heel trouw waren aan één galerij of één niche, verzamelen jonge mensen stukken uit diverse disciplines, periodes en media”, vult De Ceulaer aan. 

"Tien jaar geleden waren de galerijen almachtig. Zij zetten de krijtlijnen uit. Dat is nu veranderd. De laatste jaren verkoop ik bepaalde collecties ook rechtstreeks vanuit mijn studio."

Maarten De Ceulaer,

ontwerper

Hoewel België geen oninteressante markt is, blijft het wel een relatief kleine markt. “Een van de zaken die daarin meespelen, is de afwezigheid van grote interieurarchitecten of decorateurs zoals je die bijvoorbeeld wel in Frankrijk hebt. Als Belgen kiezen we ons interieur het liefst zelf, maar daardoor duurt het wel langer voor het grotere publiek de weg naar deze niche vindt”, vertelt Jacobs. “Bovendien kan zo’n professional klanten makkelijker overtuigen van de waarde van een bijzonder stuk.” 

“Algemeen voelen we dat Europa een relatief oud continent is, en dat het in die zin logger reageert en minder snel nieuwe tendensen oppikt. Al voelen we dat die feeling voor mooie, vernieuwende zaken bijvoorbeeld wel sterker in het DNA van Parijzenaars zit. Tegelijk voel je dat Noord-Amerika, Rusland en China een veel jongere geschiedenis hebben, en dat de mensen daar een andere, meer progressieve mindset hebben. De vlotheid waarmee trends in steden als Los Angeles of New York worden opgepikt, is hier niet te evenaren”, vertelt Christophe Urbain.

"Dat musea het belangrijk vinden om stukken collectible design te kopen, duidt op het belang van deze niche binnen de huidige tijdsgeest."

Nel Verbeke,

ontwerper

Hoewel het met kleine stapjes gaat, is er wel degelijk vooruitgang in de bekendheid van de discipline. “Sinds mijn Mutation Chairs op de cover van AD Russia hebben gestaan, krijg ik veel meer bestellingen uit Rusland. Al is dat momenteel door de oorlog even wat minder”, vertelt De Ceulaer. “Toen ik recent een nummer van het Deense Rum kocht, was ik blij verrast om te zien dat de inhoud sterk veranderd is. Ze zetten nu veel meer in op collectible design, en minder op in massa geproduceerde stukken. Ook andere mainstream media zoals Elle DecoSabato of Feeling Wonen integreren veel vaker dan vroeger zo’n artistieke stukken in hun nummers. Dat heeft een niet te onderschatten effect voor het veld, en het stemt me bijzonder hoopvol voor deze discipline”, vertelt Liv Vaisberg. 

Vanderborght gebouw Collectible

Collectible 2020


Tips voor ontwerpers van collectible design

  1. Beschouw de wereld van collectible design als een vrijplaats, waarbinnen je je eigen stem kan ontwikkelen. 
  2. Speel met de verschillende mogelijkheden tot je het perfecte kader voor jouw artistieke praktijk hebt gevonden. 
  3. Profiteer van het feit dat de niche nog zoekende is, en je dus meer vrijheid hebt om je eigen plek te definiëren. Zo doet nu ook forecast design haar intrede. Daarin verbeelden ontwerpers bepaalde geradicaliseerde toekomstscenario’s. Zo willen ze ons een spiegel voorhouden en onze bewustwording stimuleren.  
  4. Kijk goed naar wat er rondom je gebeurt. 
  5. Maak, maak, maak en bouw gestaag aan een eigen consequente praktijk. 
  6. Leer met Photoshop werken. Als iets bijvoorbeeld te duur is om meteen uit te voeren, kan je een galerij of potentiële klant misschien wel overtuigen op basis van een knap uitgewerkte presentatie. 
  7. Kom zoveel mogelijk naar buiten met je werk via expo’s of een deelname aan beurzen. Verkopen via Instagram kan, maar niet voor alle praktijken. 
  8. Bouw een netwerk uit. 
  9. Vraag raad aan andere ontwerpers in het veld. 
  10. Heb geduld. Soms duurt het jaren vooraleer een werk zijn weg naar het publiek vindt. 

De beurs Collectible vindt plaats van 20 tot 22 mei in Brussel. Flanders DC is een van de partners.