Dat onze designbedrijven hoge ogen gooien in het buitenland en een belangrijk Vlaams exportproduct zijn, staat buiten kijf. We vroegen aan enkele Vlaamse bedrijven hoe zij die internationale veroveringstocht aanpakken. Vandaag aan het woord: Jan Ameloot, CEO van verlichtingsbedrijf Delta Light, dat inzet op toonzalen in alle belangrijke designsteden.

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe artikels in dit magazien? Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Pure lighting pleasure, luidt de slogan van Delta Light. Puur lichtplezier. “Die slogan dekt de lading”, zegt Jan Ameloot, die samen met zijn broer het familiebedrijf leidt. “Of we nu winkels, hotels, restaurants, kantoren of woningen van verlichting voorzien, dat maakt voor ons niet uit. Als het maar om projecten gaat waar licht echt het verschil maakt, en voor schoonheid en een goed gevoel zorgt.”

Delta Light verkoopt zijn producten in 120 landen en heeft toonzalen in alle belangrijke designsteden ter wereld. Van Parijs en Milaan tot New York, van Sydney tot New Delhi en Dubai. “We zijn begonnen met de landen rondom ons, maar we zijn al snel onze vleugels beginnen uitslaan naar een groter stuk van de wereld. Hoe we de locaties voor onze toonzalen bepalen? Simpel, we kijken niet in de eerste plaats naar de grootste afzetmarkten, wel naar de plekken waar designtrends en -evoluties beginnen. Plekken waar de toparchitecten en topdesigners werken die overal ter wereld projecten uitvoeren. Als je zoals wij de ambitie hebt om bij de absolute top van de architecturale verlichting te horen, dan moet je ook aanwezig zijn in de steden waar het allemaal gebeurt.”

“Die toonzalen leggen eigen accenten, maar er zit ook uniformiteit in. Ze voelen allemaal als Delta Light. Als je niet weet dat je in Amsterdam, Dubai of Miami zit, dan zou je denken dat je hier op ons hoofdkwartier in Moorsele bent. We zoeken ook zelf de mensen om die internationale hubs te leiden. Dat zijn mensen die de lokale markt kennen en er een netwerk hebben, maar ook onze Europese way of working begrijpen. In New York is dat bijvoorbeeld een Fransman die al 20 jaar in de VS woont.”

Jan Ameloot Delta Light

Jan Ameloot

Showroom Delta Light, Miami

Toonzaal Delta Light, Miami

Feedback zonder ruis

Eerst mikte Delta Light voor zijn internationale veroveringstocht op joint ventures met lokale partners, maar die strategie werd ondertussen omgegooid. “We hadden daar twee belangrijke redenen voor”, legt Jan uit. “Voor onze partners moest die joint venture altijd snel renderen, ze wilden vanaf dag één omzet draaien. Dat is logisch, maar wij waren geduldiger. We wilden op de radar van architecten komen, we wilden een reputatie opbouwen en hun vertrouwen winnen. Die langetermijnstrategie botste wel eens met de horizon van onze partners.”

“De tweede reden was dat we dichter bij onze klanten wilden zitten. Zonder tussenpartijen en zonder ruis op de lijn. We werken vooral op projectbasis, korte communicatielijnen en een open dialoog met onze klanten zijn heel belangrijk. Door zelf in die designsteden aanwezig te zijn, krijgen we hun feedback rechtstreeks en kunnen we onze R&D en onze innovatie nog beter aansturen. We begrijpen onze markt nog beter.”

“We halen vaak internationale klanten naar Moorsele. Hier tonen we wat we maken en hoé we het maken. Klanten zien de innovatie en de kwaliteit. En nog belangrijker: ze voelen de passie.”

Jan Ameloot,

Delta Light

Beurzen maken plaats voor events en pop-up stores

Delta Light legde veel internationale contacten op designbeurzen. Maar volgens Jan hebben die de laatste jaren aan belang ingeboet. “We hebben dit jaar zelfs beslist om niét mee te doen aan de grootste en belangrijkste beurs in onze sector, Light + Building in Frankfurt. Maar we zijn wel op Architect at Work in Rotterdam. Beurzen blijven belangrijk om persoonlijke contacten te leggen en producten te tonen. Maar ze zijn niet meer hét moment om nieuwe producten en innovaties met een big bang te lanceren. Je merkt dat elk bedrijf vandaag volop andere manieren zoekt om de wereld nog te verbazen. Wij grijpen ook steeds vaker naar andere formules, zoals kleinere events of pop-up stores in de designsteden.”

“Wij willen architecten en designers niet alleen inspireren, maar ook ondersteunen in hun creatieve proces. Daarom werken we in twee richtingen. We gaan naar onze doelgroep in de belangrijkste designmekka’s, maar we halen ook steeds meer internationale klanten naar Moorsele. Hier kunnen we hen tonen wat we maken, maar ook hoé we het maken. Onze klanten zien de innovatie en de kwaliteit vanop de eerste rij. En misschien nog belangrijker: ze voelen de passie. Bij zo’n bezoek is het contact veel intenser dan een oppervlakkige ontmoeting op een beurs.”

Starbucks Roastery, Tokio

Starbucks Roastery, Tokio

Manifesto en cultuurbad

Hoe moeilijk is het om te internationaliseren en tegelijkertijd je DNA en je merkidentiteit te bewaken? “Dat is een uitdaging, zeker als je snel groeit en snel internationaliseert”, geeft Jan toe. “Tien jaar geleden was dat eenvoudiger. Maar hoe groter je wordt en op hoe meer plekken je actief bent, hoe harder je moet werken om iedereen op één lijn te houden. We steken daar heel veel tijd en moeite in. We werken een manifesto uit dat alle nieuwe medewerkers, waar ook ter wereld, helder uitlegt waar Delta Light voor staat, wat onze waarden zijn en waar we naartoe willen. Om ons verhaal aan klanten te kunnen vertellen, moeten ze er zelf eerst helemaal van doordrongen zijn.”

“We investeren ook sterk in training. Onze mensen uit India zijn hier pas nog een week geweest voor een uitgebreide opleiding. Ze worden dan echt helemaal ondergedompeld in onze manier van werken, onze kwaliteitseisen, onze cultuur.”

“Het is een voordeel dat onze R&D en onze productie nog altijd op één plek zitten. Dat houden we ook zo. We hebben een kleine assemblage in de Verenigde Staten, maar 99 procent van onze producten bedenken, ontwikkelen en produceren we hier in Moorsele. We zitten veel meer in de projectwereld dan in de distributiewereld: elk lichtproject is anders en verandert vaak nog op het laatste moment. Die veelheid aan keuzes en opties is te complex om te decentraliseren. Zo blijft Moorsele voor ons, midden in dat internationale verhaal, toch een beetje het centrum van het universum.”