Ondanks het feit dat de inschrijvingsperiode voor de jongste editie van de Henry van de Velde Awards nagenoeg samenviel met de uitbraak van de COVID-19-pandemie en deelnemers amper de tijd hadden om erop te reageren, biedt de lijst met laureaten een staalkaart van het gigantische potentieel dat in de Belgische designwereld klaarstaat om de uitdagingen te beantwoorden die deze crisis met zich meebrengt en elk nadeel om te buigen in een voordeel.

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe artikels in dit magazine? Schrijf je in op onze nieuwsbrief!

Reeds in 2016 schreven we in de catalogus van de Biënnale Interieur in Kortrijk: “Nu chaos de nieuwe wereldorde is en crisis niet langer de uitzondering maar het Nieuwe Normaal, (…) worden alle designprincipes van gisteren door hun tegendeel verdrongen. Designers blijft dan ook geen keuze: alles moet anders, ook als ze willen overleven. Het volstaat niet out of the box te denken. We moeten een compleet nieuwe doos ontwerpen.” Dat leek op dat moment voor velen een ver-van-mijn-bedshow. Maar toen was daar plots dat virus. Iedereen wist meteen: alles wordt anders.

Empathie was de boodschap, en weak werd de new strong.

De algehele omkering van waarden waarmee dit gepaard gaat, blijkt onder meer uit het feit dat door vrouwen geregeerde staten het er veelal beter van afbrengen dan machistisch en autocratisch bestuurde landen. Parallel daarmee komen de helden in het verhaal bovendien heel hoopgevend uit een totaal onverwachte hoek, uit de zorg en de wetenschap.

Nieuwe uitdagingen

Ook op het vlak van vormgeving bracht de crisis gigantisch veel uitdagingen met zich mee. De lift in een hoogbouw, maar ook de glazen in een restaurant, talloze details waar voorheen niemand bij stilstond, ontpopten zich tot mogelijke besmettingshaarden, met alle traumatische gevolgen van dien. Zowat alle regels in de architectuur, stedenbouw en vormgeving kwamen op losse schroeven te staan – in hoogbouw, maar ook de inrichting van winkels, cafés, restaurants en woon-zorgcentra, of pittoreske oude stadscentra met hun labyrint van smalle straatjes. De kwaliteit van het wonen, een categorie die vanwege een almaar mobieler bestaan aan belang verloren had, stond door de quarantaine plots weer centraal. En met name in een complex land als België bleek al snel dat de efficiëntie van de strijd tegen het virus ook een zaak was van communicatie, en dus van vormgeving.

Circle Sector, circulair paspoort, LUCA School of Arts Genk in opdracht van Z33, POM Limburg en UCLL

Circle Sector, circulair paspoort, LUCA School of Arts Genk in opdracht van Z33, POM Limburg en UCLL

Wicked problems

Omdat de pandemie plots en totaal onverwacht in volle hevigheid losbarstte, vragen die uitdagingen ook vrijwel onmiddellijk om een remedie, makeshift, met wat voorhanden is en zonder de meticuleuze en lange planning die in oldskool design gebruikelijk is.

De remedies moeten onophoudelijk en heel flexibel aan voortschrijdend inzicht kunnen aangepast worden.

Er zijn vele onbekende factoren, te beginnen met het virus zelf. Ook de toekomst laat zich allerminst voorspellen, want zelfs zodra het virus met vaccinatie zou zijn bedwongen, blijven nog altijd de economische, sociale en psychologische gevolgen. Tal van indicatoren duiden er bovendien op dat deze crisis het maatschappelijke stelsel dermate heeft ontwricht dat ze ook de snelheid heeft aangezwengeld waarmee nog veel grotere wicked problems op ons afkomen. Problemen die zo complex zijn dat ze nog onmogelijk op te lossen zijn en al zeker niet door one bullet solutions: de wereldwijd om zich heen grijpende klimaatverandering bijvoorbeeld of de groeiende kloof tussen rijk en arm en de talloze conflicten die daaruit volgen.

Ad hoc

Uiteraard zijn die wicked problems allesbehalve nieuw. Vandaar het citaat uit de Interieur-catalogus hierboven, dat al bijna vijf jaar oud is. Naarmate ze zich steeds nadrukkelijker manifesteerden, staken overigens ook in de designwereld tal van nieuwe stromingen de kop op, van service design over strategisch, systemic, interface design tot sociaal, ervarings- en zelfs antidesign. Ondanks de vele verschillen hebben die veelal een ‘verruimde visie’ met elkaar gemeen. Er wordt voornamelijk vanuit die wicked problems en de toekomst van de hele gemeenschap gedacht en niet louter vanuit een esthetisch of commercieel belang. Bovendien delen ze een heel eigen taal, waarin begrippen en waarden als duurzaamheid, upcycling, open source, circulaire economie, 3D-printing, DIY-biolabs en big data primeren, en ook de ad-hocstrategieën worden gehanteerd waar deze coronacrisis om vraagt: uiterst wendbaar, makeshift, en niet langer top-down van bovenaf opgelegd, maar bottom-up gestuurd door de doelgroep, waarvan het engagement meteen ook het welslagen van het project bepaalt.

Agent of change

Wars van de clichés waarmee de ontwerper maar al te vaak vereenzelvigd wordt – het zelfverklaarde genie in een ivoren toren, of de mooiprater van een dolgedraaide industrie – is de designer bij dit alles een bescheiden maar essentieel radertje in een veel groter geheel, dat ook experts uit de meest diverse sectoren omvat. Hij tracht door die veelzijdigheid en een intense samenwerking de complexiteit van een wicked problem bij de staart te vatten: een bindteken, katalysator en agent of change.

Projecten monden vaak uit in immateriële en daardoor uiterst flexibele processen en systemen met een lichte voetafdruk in plaats van louter objecten.

Ook de aard van die objecten heeft zich fundamenteel gewijzigd. Vaak volgt hun vorm niet langer één functie zoals weleer, maar zijn ze een al even bescheiden maar slimme black box die een groot aantal functies in zich combineert (denk aan de smartphone) en binnen het modulaire netwerk van het Internet of Things continu met talloze andere objecten communiceert en overleg pleegt. Maar ook bij de makers van de klassiekere objects of desire en de wijze waarop die zich resoluut als een duurzaam alternatief voor wegwerpproducten opwerpen, laat het gedachtegoed van dit next generation design zich steeds nadrukkelijker gelden.

Climate change

De voorbije jaren werden in de Henry van de Velde Awards steeds weer categorieën geïntroduceerd waardoor dit gedachtegoed in de wedstrijd kon worden geïntegreerd: van een Better Health / Healthcare Award over een Ecodesign Award tot een Community Research of Mobility Award. Daarbij werden internationaal toonaangevende Belgische projecten als Disarming Design from Palestine, het Sint-Jozefgebouw van PC Caritas in Melle van Architecten De Vylder Vinck Taillieu en ontwerpbureaus als Unfold, Namahn en Rotor al vroeg bekroond. Dit jaar werd voor het eerst ook een Climate Challenge Award toegevoegd. Bij de drie laureaten in deze categorie – BC materials, Circle Sector en Studio AMA – staat het principe van de circulaire economie centraal. In de urban mining van BC materials wordt uitgegraven afvalgrond van werven omgevormd tot ecologisch verantwoorde en ook akoestisch superieure bouwmaterialen als de Brusseleir en de Kastar.

SafeDistance, pilipili voor Lopos

SafeDistance, pilipili voor Lopos

BC materials © Thomas Noceto

BC materials

De Circle Sector is een resource map, lab en studio in één, verbonden aan de LUCA School of Arts in Genk, dat materialen, expertise en infrastructuur tracht te verbinden tot ‘circulaire ecosystemen’. In Studio AMA ten slotte is Soraya Wancour op zoek naar een alternatief bedrijfsmodel waarbij restmaterialen van de lokale textielindustrie in een sociaal atelier verknipt worden tot ethisch verantwoorde mode, aangepast aan de mogelijkheden van de maatwerkindustrie.

Circle Sector, bioplastic op basis van algen, LUCA School of Arts Genk

Circle Sector, bioplastic op basis van algen, LUCA School of Arts Genk © Claire Dekens

Studio AMA

Studio AMA

Slimme toestellen

De periode waarin kandidaat-deelnemers zich voor deze 27ste editie van de Awards konden inschrijven, viel nagenoeg samen met de uitbraak van de pandemie, wat hen amper de gelegenheid liet om – na de verstomming – erop te reageren. Toch bieden de drie gelauwerden in de categorie Consumer direct of indirect een antwoord op de crisis. Ellio van Achilles Design bijvoorbeeld, is een slimme speedpedelec van Belgische makelij die pendelaars die over grote afstand reizen een volwaardig alternatief voor de auto en het openbaar vervoer biedt door tal van technische snufjes te integreren die veiligheid en gebruiksgemak garanderen.

Ellio, Achilles Design voor Intuedrive

Ellio, Achilles Design voor Intuedrive

Een tweede laureaat, SafeDistance, ontwikkeld door pilipili voor Lopos, een spin-off van imec en de Universiteit Gent, is een klein en draagbaar apparaat dat bij middel van sensoren en een geluids-, tril- of lichtsignaal aangeeft of socialdistancingregels wel gerespecteerd worden. Last but not least is er Nobi, de slimme lamp van Studio Dos Santos voor Nobi, die familie, vrienden of zorgpersoneel waarschuwt bij problemen, en er zo voor zorgt dat je als ouderling niet naar een woon-zorgcentrum hoeft.

Vlas, Anita Kars voor Casalis

Vlas, Anita Kars voor Casalis

Nobi, Studio Dos Santos voor Nobi

Nobi, Studio Dos Santos voor Nobi

Nobi is overigens ook één van de drie laureaten in de categorie Business Innovation, naast twee andere slimme projecten, Aloxy Pulse van Studio Dott voor Aloxy en Smappee EV Base, die respectievelijk de veiligheid in de petrochemische sector en het opladen van elektrische wagens optimaliseren.

Aloxy Pulse, Studio Dott voor Aloxy

Aloxy Pulse, Studio Dott voor Aloxy

Smappee EV Base, Smappee

Smappee EV Base, Smappee

Sociaal en ecologisch

Hoewel het zich soms niet onmiddellijk ontdekken laat, lagen sociale en ecologische drijfveren ook aan de basis van zowat alle gelauwerde projecten in de overige categorieën. Vlas laten herleven, een vergeten lokaal materiaal met een roemrijk verleden, was de motivatie achter het werk van twee laureaten: Vlas van Anita Kars voor Casalis, duurzame tapijten waarvan zelfs het motief en de kleuren op de natuur geïnspireerd zijn (laureaat in de categorie Habitat) en de handgemaakte strijkinstrumenten uit vlasvezelcomposiet die Tim Duerinck in samenwerking met UGent en HoGent ontwikkelde en waarin hij een eeuwenoude ambacht met hoogtechnologische materialen en productietechnieken combineerde (laureaat in de categorie Crafts). 

Strijkinstrumenten uit vlas, Tim Duerinck in samenwerking met UGent en HoGent

Strijkinstrumenten uit vlas, Tim Duerinck in samenwerking met UGent en HoGent

Caméléon werd bekroond in beide categorieën. Les Monseigneurs, het ontwerpbureau van Thomas Renwart, werkte daarvoor samen met Verilin. Duurzaam garen en restmateriaal worden in een samenspel van mens en machine verweven tot een modulair eindproduct, dat zowel als wandtapijt, akoestisch paneel, room divider of gordijn dienen kan. In de categorie Digital Product werd Slim naar Antwerpen gelauwerd, een campagne die het ontwerpbureau Leap Forward in opdracht van de Stad Antwerpen ontwikkelde. Aan de hand van een website, applicatie en routeplanner mikt de campagne op een vlotter, veiliger en milieuvriendelijker samenspel van autoverkeer, openbaar vervoer, fietsnetwerken en vervoer over het water. 

Caméléon, Les Monseigneurs

Caméléon, Les Monseigneurs

Slim naar Antwerpen, Leap Forward voor Stad Antwerpen

Slim naar Antwerpen, Leap Forward voor Stad Antwerpen

In de categorie Graphic Communication ten slotte – we moeten ons in dit artikel helaas tot een selectie beperken – is er de jarenlange campagne die het ontwerpbureau Ronny & Johny voor het Horst Arts & Music Festival creëerde. Een campagne die niet alleen duurzaam is door de minimale ecologische voetafdruk van de productie, maar ook vanwege het advies dat het bureau geeft bij de langetermijnpolitiek van het festival, dat zich in een mum van tijd van nergens tot wereldwijd gerenommeerd katapulteerde.

Horst Arts & Music Festival, Ronny & Johny

Horst Arts & Music Festival, Ronny & Johny

Open brief

Zo biedt de lijst van laureaten een fraaie staalkaart van het gigantische potentieel dat in de Belgische designwereld klaarstaat om adequaat de talloze uitdagingen aan te pakken die het gevolg zijn van de COVID-19-pandemie. De lijst is ook een perfecte illustratie bij de open brief die het organiserende Flanders DC met de andere overkoepelende designorganisaties in dit land, Wallonie Bruxelles Design Mode, het Brusselse MAD en Wallonie Design recent de wereld in stuurde en vormt een pleidooi om ook de designwereld te betrekken bij het bezweren van de pandemie en het uittekenen van het postcoronatijdperk. Design kan dan misschien de wereld niet redden, maar wel mensenlevens. En het verstaat als geen ander de kunst om in tijden van nood van niets iets te maken, en negatief tot positief om te buigen. 


Max Borka maakt deel uit van de jury van de Henry van de Velde Awards 2021. 

Meer over de Henry van de Velde Awards vind je op henryvandevelde.be.