Gelieve een meer recente versie van uw browser te installeren.
22 september 2017
3 minuten leestijd
Caravel, autonome waterzuiveringsmachine, cross-over van kunstenaar Ivan Henriques en LabMET van UGent met Prof. Korneel Rabaey
Christine Depuydt onderzoekt de waarde van cross-overs tussen kunst, economie en wetenschap en onderzocht zeven praktijkvoorbeelden, van innovatieve geboorte-attenties, improvisatie in het zakenleven tot een autonome waterzuiveringsmachine. In onderstaand artikel geeft Depuydt haar visie op de evolutie van 'specialisatie' naar 'co-creatie' en over de meerwaarde van cross-overs tussen verschillende sectoren.
De twintigste eeuw is door wetenschappelijke en technische vooruitgang gekenmerkt door steeds verdergaande specialisatie. Sectoren worden alsmaar specifieker.
De manier van organiseren en werken is hiërarchisch en sterk gestructureerd.
Er zijn veel regels en procedures waardoor bedrijven efficiënt en voorspelbaar werken. Mensen in een bepaalde sector spreken hetzelfde jargon en beperken zich in hun contacten veelal tot hun eigen gekende en vertrouwde omgeving. Bedrijven rekenen in kosten en baten en maximaliseren de financiële winst. Vaak worden milieu- en andere niet direct zichtbare kosten niet ingecalculeerd. Ook de overheid focust met het Bruto Binnenlands Product op wat in zuiver economische termen geproduceerd wordt.
Deze hiërarchische en gefragmenteerde manier van werken begint in de eenentwintigste eeuw te wringen. De werknemer van vandaag voelt zich niet goed in een strakke, hiërarchische organisatie.
Mensen willen uitgedaagd worden om mee te denken met de organisatie.
De vele burn- en bore-outs wijzen op onaangepaste werksituaties. Jonge mensen zoeken naar een zinvol leven en zijn minder op zoek naar een vaste job. Ze zoeken een werkplek waarin ze mee het verschil kunnen maken en zichzelf kunnen ontplooien.
Ook maatschappelijk beweegt er van alles en gebeurt er veel onvoorspelbaars. De economische wetenschap blijkt grote hiaten te vertonen. Een heel deel van wat maatschappelijk gebeurt en waardevol is, wordt in de economie compleet genegeerd. Dat iemand van de geboorte tot de volwassenheid moet opgevoed en verzorgd worden, komt nauwelijks aan bod. Ook zieken en bejaarden die zorg behoeven, worden in deze modellen genegeerd. Het besef dat het niet meerekenen van milieukosten in de prijs van goederen en diensten onhoudbaar is, groeit wereldwijd. Men wordt zich bewust van de enorme uitdagingen van het post-kapitalisme: de overbevolking, de opwarming van de aarde en de financiële crisis. Traditionele organisaties zoals vakbonden en politieke partijen verliezen veld.
In de eenentwintigste eeuw verandert het businessmodel. Het vertrouwd hiërarchisch model wordt meer en meer vervangen door een meer horizontale structuur of zelfs door een netwerk. Ook over sectoren heen wordt meer samengewerkt. Wat de ene sector aan ‘afval’ produceert, wordt door een andere gebruikt. De duurzaamheidsgedachte en de circulaire economie winnen zienderogen veld.
Er is steeds meer oog voor maatschappelijke meerwaardecreatie in plaats van pure winstcreatie.
Deze meervoudige waardecreatie slaat niet alleen op financiële resultaten maar ook op sociale en ecologische waarden. Hierbij komt de term ‘professioneel improviseren’ aan bod: bedrijven gaan in dialoog en zoeken samen naar onderling afhankelijke waardecreatie. Hoe de machtige multinationals hiermee omgaan is nog niet zo duidelijk. Maar met de consument en allerlei belangengroepen gaan bedrijven vandaag best rechtstreeks in dialoog. Als ze dit niet doen, dan riskeren zij grote imago- en omzetschade. Het beschermen van intellectuele rechten en patenten remt de co-creatie vandaag nog vaak af. Maar er wordt al meer gewerkt met open source en beschikbare kennis.
In dit scharniermoment van veranderende paradigma’s past het samenwerken met verschillende disciplines helemaal. De kunstenaar, de wetenschapper en de ondernemer hebben allen een eigen profiel en manier van denken en handelen. Hen met elkaar in contact brengen is een verrijking. De diversiteit is een meerwaarde en deze confrontatie kan uitmonden in een veel bredere en ruimere blik van alle partijen.
Christine Depuydt is lector aan het departement Handelswetenschappen en Bedrijfskunde van de VIVES-hogeschool in Kortrijk en onderzoekster PWO Kunst & Economie. Ze benutte haar ervaring als schepen van cultuur én als lector om een onderzoek te doen naar kruisbestuivingen tussen diverse sectoren.
Ontdek in deze publicatie meer over de zeven kruisbestuivingscases die Christine Depuydt onderzocht.
Cookies opgeslagen